Het voeren van een handelsnaam terwijl er al een ‘oudere’ onderneming is met dezelfde handelsnaam, is in strijd met de Handelsnaamwet indien daardoor verwarring ontstaat. Maar wanneer is er sprake van ‘verwarring’?
Op grond van artikel 5 Handelsnaamwet is het verboden: “een handelsnaam te voeren, die, voordat de onderneming onder die naam werd gedreven, reeds door een ander rechtmatig gevoerd werd, of die van diens handelsnaam slechts in geringe mate afwijkt, een en ander voor zover die ten gevolge, in verband met de aard van der beide ondernemingen en de plaats, waarin zij gevestigd zijn bij het publiek verwarring tussen die ondernemingen te duchten is.”
Met betrekking tot het handelsnaamrecht zijn vele procedures gevoerd. Uit de jurisprudentie kunnen tal van factoren worden gehaald die een rol kunnen spelen bij beantwoording van de vraag of sprake is van verwarring. Rekening gehouden kan worden met onder andere de volgende factoren:
- de regio van beide ondernemingen (zoals bijvoorbeeld allebei in Brabant);
- de markt waarop beide ondernemingen zich bevinden (zoals bijvoorbeeld allebei in de ICT-branche);
- of de activiteiten ingeschreven staan bij de Kamer van Koophandel;
- of de handelsnaam ‘beschrijvend’ is (zoals bijvoorbeeld nl);
- het ontvangen van post of telefoongesprekken bestemd voor de andere onderneming (zoals bijvoorbeeld vragen over facturen of promotiemateriaal);
- de website;
- vormgeving van het logo.
Het gaat erom dat er verwarring kan ontstaan, niet dat deze ook daadwerkelijk is ontstaan. Andersom geldt dat als verwarring bekend is dat niet zonder meer hoeft te betekenen dat het handelsnaamrecht wordt geschonden.
Wordt uw handelsnaam door een andere onderneming gebruikt en wilt u meer weten over de mogelijkheden die u heeft om daar tegen op te treden, neem dan contact op met Floris de Moel.