Op 19 december 2018 heeft de rechtbank uitspraak gedaan over de hoogte van de verschuldigde immateriële schadevergoeding (smartengeldvergoeding) in een zaak waar een motorrijder in het verkeer letsel heeft opgelopen. De rechter heeft de hoogte van de vergoeding vastgesteld op € 150.000,00. Wanneer ontstaat aanspraak op immateriële schadevergoeding en hoe wordt de hoogte daarvan vastgesteld? In dit artikel geven wij antwoord op deze vragen.
Het ongeval
Een twintigjarige bestuurder van een motor rijdt binnen de bebouwde kom op de rechter weghelft. Een automobilist komt de motorrijder tegemoet in tegengestelde richting. Deze automobilist wil links afslaan en zal daarvoor de rijbaan waarop de motorrijder zich bevindt, moeten oversteken. Op het moment dat de motorrijder dichtbij de automobilist is, slaat de automobilist zonder de motorrijder voorrang te verlenen af. De motorrijder moet daardoor krachtig remmen, glijdt uit en komt hard ten val.
Schade
De verzekeraar van de automobilist heeft de aansprakelijkheid voor het ongeval erkend. Het is immers de automobilist die een verkeersfout heeft gemaakt. Dit betekent dat de verzekeraar alle schade van de motorrijder zal moeten vergoeden. Ten tijde van de procedure heeft de verzekeraar al € 832.500,00 betaald aan de motorrijder. Van dit bedrag heeft € 767.500,00 betrekking op materiële schade en € 65.000,00 op immateriële schade.
Materiële versus immateriële schade
In letselschadezaken wordt onderscheid gemaakt tussen materiële schade en immateriële schade. Materiële schade is schade direct uit te drukken in geld. Voorbeelden zijn beschadigingen aan eigendommen zoals de auto, motor, fiets of kleding, misgelopen inkomsten, medische kosten, extra kosten voor persoonlijke verzorging, aanpassingen in de woning of auto, verhuiskosten, hogere verzekeringspremies en kosten voor het verhalen van deze schade op de wederpartij (kosten van rechtsbijstand).
Immateriële schade is schade veroorzaakt door blijvende beperkingen, verdriet, pijn, ongemak, leed, verlies aan levensvreugde, niet uit kunnen oefenen van hobby’s, wegvallen van sociale contacten, littekens etc. Een immateriële schadevergoeding wordt ook wel smartengeld genoemd. De hoogte van een immateriële schadevergoeding ligt niet vast en is sterk afhankelijk van de omstandigheden van het geval.
Immateriële schadevergoeding – smartengeld
De motorrijder heeft een complete dwarslaesie overgehouden aan het ongeval. Hij kampt met spastische verlamming van de rompspieren en onderste ledematen. De motorrijder is volledig rolstoelafhankelijk en vraagt de rechter de hoogte van de verschuldigde immateriële schadevergoeding vast te stellen. De motorrijder verwijst voor wat betreft de hoogte van de immateriële schadevergoeding naar eerdere uitspraken door de civiele rechter. Ook moet volgens de motorrijder rekening gehouden worden met algemeen erkende rechtsbeginselen, met de in Nederland levende rechtsovertuigingen en met de maatschappelijke en persoonlijke belangen. Bovenop de al ontvangen immateriële schadevergoeding ten bedrage van € 65.000,00 vordert de motorrijder nog € 185.000,00 aan immateriële schadevergoeding.
Oordeel rechter
De rechter houdt rekening met alle omstandigheden van het geval, in het bijzonder de aard van de aansprakelijkheid, de aard en de ernst van het letsel en de gevolgen daarvan voor de motorrijder. De rechter kijkt ook naar de bedragen die door Nederlandse rechters in vergelijkbare gevallen zijn toegekend, daaronder begrepen de hoogst toegekende bedragen aan immateriële schadevergoeding. Bij de bepaling van de hoogte van de immateriële schadevergoeding in deze zaak houdt de rechter rekening met de jonge leeftijd van de motorrijder. Hij is volledig rolstoelafhankelijk en heeft dagelijks hulp van derden nodig. De motorrijder is volledig arbeidsongeschikt geworden en kan zijn hobby’s motorrijden, voetballen, kickboksen, bergbeklimmen en mountainbiken nooit meer uitoefenen. Er is volgens de rechter sprake van een drastische, onomkeerbare en sterk verlaagde levenskwaliteit. De rechter beslist dat de verzekeraar nog een aanvullende immateriële schadevergoeding dient te betalen ten bedrage van € 65.000,00 zodat de motorrijder een totale immateriële schadevergoeding toekomt van € 150.000,00 (uitspraak Rechtbank Gelderland, 11 december 2018).
Advies
Na een ongeval waarvoor een ander aansprakelijk is heeft u naast een materiële schadevergoeding ook recht op een immateriële schadevergoeding. Vaststellen van de hoogte daarvan alsmede het verhalen van deze vergoeding op de wederpartij is niet altijd even makkelijk. Het is daarom verstandig een letselschadeadvocaat in te schakelen. De kosten voor inschakeling van een advocaat vallen onder materiële schade en worden daarom ook door de wederpartij vergoed. Leg uw situatie kosteloos voor aan ons kantoor en laat ons een eerste inschatting maken van de haalbaarheid van uw schadeverhaal.
Heeft u vragen naar aanleiding van dit artikel of vragen over letselschade in het algemeen, neem contact op met onze letselschadeadvocaat Amy Vincent.