Het Gerechtshof Arnhem heeft op 27 april 2010 een arrest gewezen waarin het de werkgever werd toegestaan om eenzijdig een (op basis van de CAO) in de arbeidsovereenkomst geïncorporeerde regeling betreffende toekenning van extra seniorendagen te schrappen.
Volgens het Hof is de betreffende seniorenregeling in strijd met de Wet Gelijke Behandeling op grond van Leeftijd bij Arbeid (afgekort: WGBLA). Naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid vindt het hof het onaanvaardbaar om werkgever aan de handhaving van de betreffende verlofregelingen te houden.
Het arrest van het Hof Arnhem is om twee redenen opmerkelijk. Ten eerste wordt het de werkgever toegestaan om – zonder eenzijdig wijzigingsbeding – eenzijdig de arbeidsvoorwaarden te wijzigen en wel op grond van het algemene beginsel van goed werkgeverschap ingevolge artikel 7:611 BW. Ten tweede, waar in het navolgende verder op in zal gaan, heeft het Hof aangenomen dat de betreffende seniorenverlofregelingen in strijd zijn met de WGBLA en dat werkgever om die reden de betreffende seniorenverlofregelingen eenzijdig mag intrekken. Het Hof acht het onaanvaardbaar dat werkgever aan deze nietige regelingen wordt gehouden.
Arrest Gerechtshof Arnhem
In deze procedure hebben een groep werknemers in dienst van werkgever, Kaba Nederland B.V., hoger beroep ingesteld tegen het vonnis van de kantonrechter Nijmegen. Volgens de werknemers zou het de werkgever niet zijn toegestaan om eenzijdig de overeengekomen verlofregelingen in te trekken. Volgens de werknemers is het onderscheid naar leeftijd in de betreffende seniorenregelingen geen verboden onderscheid maar objectief gerechtvaardigd door een legitiem doel. De werknemers verwijzen daarvoor naar de CAO die op verschillende plaatsen voorzieningen bevat voor oudere werknemers. Hieruit dient, volgens de werknemers, de conclusie te worden getrokken dat sprake is van een leeftijdsbewust personeelsbeleid waarvan de verlofregelingen deel uitmaken.
Werkgever is het met deze stellingen niet eens. De betreffende regelingen kennen extra verlofdagen toe op grond van het bereiken van een bepaalde leeftijd. Tevens worden extra verlofdagen toegekend bij een toenemend aantal dienstjaren. In beide gevallen wordt er volgens werkgever onderscheid gemaakt naar leeftijd.
Het Hof Arnhem evenals in eerste aanleg de kantonrechter is het met de stellingen van werkgever eens. De seniorenverlofregelingen maken volgens het Hof wel degelijk onderscheid naar leeftijd.
Op grond van artikel 3 sub e van de WGBLA is het verboden om onderscheid te maken naar leeftijd bij arbeidsvoorwaarden. Alleen in de gevallen als bedoeld in artikel 7 WGBLA is het toegestaan om onderscheid te maken naar leeftijd. Het onderscheid moet dan wel gebaseerd zijn op werkgelegenheid- of arbeidsmarktbeleid ter bevordering van arbeidsparticipatie van bepaalde leeftijdscategorieën, voor zover dit beleid is vastgesteld bij of krachtens wet (artikel 7 sub a) of anderszins objectief gerechtvaardigd zijn door een legitiem doel en de middelen voor het bereiken van dat doel passend en noodzakelijk zijn (artikel 7 sub c).
Volgens het Hof voldoen de betreffende seniorenverlofregelingen niet aan deze uitzonderingen. Er is volgens het Hof geen sprake van leeftijdsbewust personeelsbeleid, waarbij het hof een verwijzing maakt naar de CAO waarin de seniorenverlofregeling is opgenomen in een geheel andere afdeling dan de afdeling waarin de voorzieningen zijn opgenomen voor leeftijdsbewust personeelsbeleid. Op basis daarvan oordeelt het Hof dat de seniorenverlofregeling geheel op zichzelf staat en geen onderdeel uitmaakt van leeftijdsbewust personeelsbeleid. Het Hof concludeert dat de seniorenverlofregeling in strijd is met de WGBLA.
Samenvatting
Op grond van artikel 3 sub e WGBLA is het verboden om onderscheid te maken op grond van leeftijd in arbeidsvoorwaarden tenzij er sprake is van een objectieve rechtvaardiging. Een objectieve rechtvaardiging dient een legitiem doel te dienen en voor het bereiken van dat doel passend en noodzakelijk te zijn. Als dat niet het geval is, dan is de arbeidsvoorwaarde in strijd met de wet en daarmee nietig.
Seniorenverlofregelingen waarbij aan oudere werknemers extra vakantiedagen worden toegekend, zijn in strijd met de WGBLA, tenzij een dergelijke verlofregeling een maatregel is in de context van een breder leeftijdsbewust personeelsbeleid of anderszins objectief gerechtvaardigd zou zijn.
Geef een reactie