Inmiddels is genoegzaam bekend dat eigenaren van leegstaand vastgoed vaak aan het kortste eind trekken ingeval van een kort geding verzoek aan de rechter om ontruiming van gekraakte objecten.
Volgens de beoordeling van de rechter is een vordering tot ontruiming in kort geding slechts toewijsbaar, indien de eigenaar van de onroerende zaak daarbij een spoedeisend belang heeft, waarbij als uitgangspunt heeft te gelden dat ontruiming niet tot ongerechtvaardigde leegstand mag leiden. Dit betekent evenwel niet dat iedere leegstand aan een spoedeisend belang in de weg staat, maar alleen die leegstand waarvoor geen rechtvaardiging is te vinden.
Deze toets is ook recent door de Rechtbank Amsterdam gehanteerd. Het betrof een ontruimingsverzoek in een kort geding dat was ingesteld door een woningbouwvereniging.
Het opmerkelijke in deze zaak is dat de krakers een woning van een woningbouwvereniging hebben moeten ontruimen ook al was nog niet duidelijk wat er met die woning zou gaan gebeuren. Volgens de Amsterdamse rechter heeft de woningbouwvereniging het recht de woningen gedurende een redelijke termijn ( in dit geval 8 maanden) leeg te laten staan om te trachten de woningen te verkopen. De rechtbank oordeelt dat ‘als een kraker al een huisrecht heeft in de zin dat hij in een gekraakte woning mag wonen, dan biedt het civiele recht niettemin mogelijkheden om te ontruimen’.
Dit vonnis schept mogelijkheden voor eigenaren van gekraakt vastgoed. Heeft u zelf gekraakt vastgoed en zou u graag meer informatie hebben over de mogelijkheden van ontruiming? Neem dan contact op met ons kantoor en vraag naar mr. Floris de Moel. Hij is gespecialiseerd in vastgoed en heeft de nodige kennis en ervaring in kraakzaken. Zo heeft hij recent nog met succes een pand in Eindhoven ontruimd, dit tot genoegen van de eigenaren die daarna hun bouwplannen konden verwezenlijken.
Wilt u de gehele uitspraak van de Rechtbank Amsterdam d.d. 2 maart 2009 nog eens op uw gemak nalezen, dan kunt u hier klikken.
Geef een reactie